Tagarchief: peakoil

Het Nederlandse energieverbruik daalt al 10 jaar

Volgens de cijfers van het CBS werd er in 2010 in Nederland ruim 2700 PetaJoule aan energie verbruikt. In 2019 was dat nog 2345 PetaJoule: 13% minder dan in 2010.
In onderstaande grafiek kun je de dalende trend duidelijk zien.

Het zit er dik in dat er in het corona-jaar 2020 nog minder energie verbruikt is. We moeten nog een half jaar wachten op een realistische schatting van het CBS, maar ik verwacht dat het Nederlands energieverbruik in 2020 onder de 2300 PJ zal liggen.
Ik verwacht ook dat het Nederlandse energieverbruik nooit meer zal uitkomen boven die 2700 PJ uit 2010.

Het CBS splitst het energieverbruik ook uit naar de verschillende bronnen: o.a. aardgas, steenkool, aardolie (en aardolieproducten) en elektriciteit.
In het plaatje hieronder zijn de bijdragen van de belangrijkste bronnen inzichtelijk gemaakt.

De bijdrage van steenkool is verwaarloosbaar klein. In de figuur is duidelijk te zien dat de bijdrage van aardgas afneemt en de bijdrage van elektriciteit toeneemt.

De hoeveelheid aardolie (en aardolieproducten) die Nederland verstookt, bereikte in 2007 een maximum met 1123 PJ. Dat was peakoil voor Nederland.
In 2019 werd er net iets minder dan 1000 PJ aan energie uit aardolie gehaald; ruim 11% minder dan in 2007. 

De verlaging van de maximumsnelheid op autosnelwegen en de corona-crisis zorgen ervoor dat het aardolieverbruik in 2020 nog lager zal uitvallen. 
Mijn verwachting is dat het aardolieverbruik verder zal blijven afnemen. Het aardolietijdperk is over haar hoogtepunt heen.

Hoe nu verder?
Het Nederlandse energieverbruik is niet gedaald omdat we zo graag besparen. Anders waren we voor 2007 al begonnen met besparen.
Nee, het energieverbruik daalt omdat wij door externe omstandigheden worden gedwongen om te besparen en zuiniger te worden. 
Die externe omstandigheden zijn:
– het opraken van de makkelijk winbare fossiele energie
– toename van de concurrentie op de energiemarkt

We kunnen door in te zetten op windenergie en zonne-energie de daling van de beschikbare hoeveelheid energie wat afremmen. Maar de daling van het afgelopen decennium laat zien, dat de opwekking van duurzame energie niet alle energie kan vervangen, die we in onze huidige samenleving verbruiken. We zullen dingen, gedwongen door externe omstandigheden, aan onze levensstijl gaan veranderen.

De niet-uitgekomen voorspellingen van 10 jaar geleden

Voorspellen is heel moeilijk, vooral de toekomst voorspellen is extreem lastig.
Toch zijn er prestigieuze instituten die zich vaak bezondigen aan toekomstvoorspellingen.

Het Amerikaanse energiebureau EIA (Energy Information Agency) maakt ieder jaar een prognose voor het energieverbruik van het volgende decennium. Die prognose heet Annual Energy Outlook (AEO). Het EIA publiceert gelukkig ook regelmatig een terugblik over de gemaakte prognoses. In december 2018 verscheen een retrospectief overzicht van de Annual Energy Outlooks van de afgelopen decennia. Ik ben er eens ingedoken en laat hieronder zien hoe ver de prognoses en de werkelijkheid uit elkaar kunnen lopen.

Aardolieverbruik in de VS 2007 – 2017
Het aardolieverbruik in de VS daalde sinds 2007 licht. In 2017 werden 7255 miljoen vaten olie verbruikt: 3,9% minder dan in 2007.
De prognose uit 2007 schatte het verbruik in 2017 op ruim 8500 miljoen vaten.
De grafiek hieronder laat de prognose zien met de stippellijn en het feitelijk verbruik met de rode lijn.

Steenkoolverbruik in de VS 2007 – 2017
Het verbruik van steenkool in de VS is sterk gedaald, doordat er steeds meer aardgas gestookt wordt om elektriciteit op te wekken.
In 2007 werd er 1128 miljoen steenkool verstookt. In 2017 was dat slechts 717 miljoen ton: een daling van maar liefst 36%.
Het EIA ging er in 2007 nog van uit dat het steenkoolverbruik zou groeien tot meer dan 1300 miljoen ton in 2017.
De grafiek hieronder laat de discrepantie tussen de prognose en de werkelijke ontwikkeling zien.

Amerikaans energieverbruik 2007 – 2017
In 2007 lag het totale energieverbruik in de VS op 101 triljoen BTU’s. Volgens de prognose in de Annual Energy Outlook van 2007 zou dat verbruik geleidelijk stijgen tot 114 triljoen BTU in 2017.
Maar de werkelijkheid verliep anders. Het energieverbruik daalde tussen 2007 en 2017 met 3,3% van 101 triljoen BTU naar 97,7 triljoen BTU.
De grafiek hieronder laat de werkelijke ontwikkeling zien (de rode lijn) afgezet tegen de optimistische prognose uit 2007 (stippellijn).

Dalende CO2-uitstoot van de Amerikaanse energiesector
In de AEO van 2007 voorzagen de experts van het EIA dat de CO2-uitstoot van de Amerikaanse energiesector zou stijgen van 6000 miljoen ton in 2007 tot ruim 6700 miljoen ton in 2017. Die prognose wordt in de grafiek hieronder weergegeven met de stippellijn.
Met de rode lijn is de feitelijk opgetreden CO2-emmissie van de energiesector weergegeven.

In 2017 bleek de feitelijke CO2-uitstoot 14% lager dan in 2007. De uitstoot lag maar 23% lager dan de schatting, die het EIA in 2007 maakte.

De nieuwste Annual Energy Outlook AEO2018 kun je downloaden van de EIA-website. Ik garandeer je nu alvast dat de prognoses niet zullen uitkomen.

Peakoil: hoe lang blijft de winning en het gebruik van aardolie nog groeien?

In de JODI-Oil-database kun je cijfers over de wereldwijde oliewinning, import en export sinds januari 2002 terugvinden. Het is een schat aan informatie voor degenen, die (zoals ik) geïnteresseerd zijn in peakoil en de “grenzen aan de groei”.

Hieronder presenteer ik in een aantal grafieken de cijfers uit de JODI-Oil database over de laatste vijf jaar.
Allereerst de totale mondiale output van raffinaderijen.
In januari 2013 bedroeg de totale output van alle raffinaderijen ter wereld gemiddeld 75,3 miljoen vaten per dag. In januari van dit jaar was die hoeveelheid opgelopen tot 79,2 miljoen vaten per dag. Het hoogste volume, 81,3 miljoen vaten per dag, werd bereikt in december 2015.
De grafiek laat zien dat de output van raffinaderijen sinds begin 2016 niet verder gestegen is.


De doorgetrokken donkere lijn in de grafiek is het voortschrijdend gemiddelde over 12 maanden.

In de grafiek hieronder is de mondiale productie van diesel en “motor gasoline” weergegeven.
De doorgetrokken lijnen geven opnieuw het 12-maands voortschrijdend gemiddelde weer.

De mondiale productie van diesel en “motor gasoline” lijkt dus in de afgelopen jaren ook niet verder te stijgen.

In de JODI-data wordt ook de inname door raffinaderijen bijgehouden.
De grafiek hieronder laat de hoeveelheid ruwe olie zien, die de gezamenlijke mondiale raffinaderijen verwerken. De doorgetrokken lijn is ook nu weer het voortschrijdend gemiddelde over 12 maanden.

Sinds januari 2016 schommelt de inname van de mondiale raffinaderijen tussen de 75 en 76 miljoen vaten per dag.

Als laatste heb ik de gezamenlijke mondiale olieproductie over de laatste 3 jaar weergegeven in een grafiek. De cijfers zijn opnieuw afkomstig uit de JODI-Oil database. En de doorgetrokken lijn geeft het gemiddelde over 12 maanden weer.

Het lijkt erop dat de wereldwijde productie van ruwe olie aan het dalen is van 75 miljoen vaten per dag in 2015 tot minder dan 72 miljoen vaten per dag in de laatste maanden.
Op het weblog van Ugo Bardi, Cassandra’s Legacy, kun je nog een interessant verhaal over peakoil, gebaseerd op de JODI-Oil cijfers lezen.

Rusland nog altijd de belangrijkste olieleverancier van Nederland

Volgens de cijfers van het CBS importeerde Nederland afgelopen jaar 53,8 miljoen ton aardolie-grondstoffen. Dat is iets minder dan in 2015 toen er 54,0 miljoen ton werd geïmporteerd. De grootste import van aardolie-grondstoffen werd opgetekend in 2010: 56,3 miljoen ton.

Van die 53,8 miljoen ton in 2016 was 39,2% afkomstig uit Rusland. In 2015 kwam 27,4% uit Rusland.
In de grafiek hieronder kun je het marktaandeel van Rusland over de afgelopen jaren zien.

schermafbeelding-2017-02-18-om-09-36-33

Het lijkt erop dat Nederland olie uit Rusland prefereert boven olie uit Noorwegen. Het marktaandeel van Noorwegen daalde van 16,6% in 2015 naar 13% in het afgelopen jaar.

schermafbeelding-2017-02-18-om-20-41-42

Andere belangrijk olieleveranciers voor Nederland zijn:
– het Verenigd Koninkrijk met een marktaandeel van 10,6% in 2016 en
– Irak met 9,1% in het afgelopen jaar.

Olieproductie en olieverbruik in Brazilië, Canada en Mexico

In de JODI-Oil database kun je cijfers vinden over olieproductie, olie-import en export en het binnenlands verbruik van tientallen landen. Afgelopen week heb ik me verdiept in de olie-cijfers van Brazilië, Canada en Mexico.

Brazilië
De afgelopen jaren is de olieproductie van Brazilië geleidelijk gestegen van 2 miljoen vaten per dag in 2012 tot 2,5 miljoen vaten per dag in 2016.
Het binnenlands olieverbruik, dat tot uitdrukking komt in het verbruik van de raffinaderijen (refinery intake), vertoont over de afgelopen jaren een dalende trend.

braziljodi2016a

De Braziliaanse bevolking gebruikt zelf minder aardolie, terwijl er steeds meer olie gewonnen wordt voor de Braziliaanse kust.
Wat gebeurt er dan wel met die groeiende olieproduktie?  Die wordt geëxporteerd.
In de afgelopen 4 jaar is de export van aardolie gestegen van 300.000 vaten per dagen aar 900.000 vaten per dag.

schermafbeelding-2016-12-22-om-20-54-39

In de JODI-Oil database is niet terug te vinden naar welke landen de Braziliaanse olie wordt geëxporteerd.

Canada
Ook in Canada is de aardolieproductie de afgelopen jaren gestegen. Van 2,5 miljoen vaten eind 2012 naar 3,0 mniljoen vaten in het afgelopen jaar.
het verbruik van de Canadese raffinaderijen is in die periode niet gestegen, maar heel lichtjes gedaald.

schermafbeelding-2016-12-22-om-21-10-58

De stijgende Canadese olieproductie leidt niet tot een stijgend binnenlands verbruik, maar tot een stijgende export. Eind 2012 exporteerde Canada ongeveer 2 miljoen vaten per dag. In 2016 is dat meer dan 2,5 miljoen vaten per dag.

schermafbeelding-2016-12-22-om-21-33-06

Mexico
De Mexicaanse olieproductie daalt al jaren. Eind 2012 produceerde het land nog 2,5 miljoen vaten per dag. In 2016 is de productie gedaald tot 2,1 miljoen vaten per dag.
De bevolking van Mexico gaat steeds minder olie verbruiken. In 2012 verbruikten de Mexicaanse raffinaderijen bij elkaar 1,3 miljoen vaten per dag. In de laatste maanden is dat minder dan 1 miljoen vaten per dag.

schermafbeelding-2016-12-22-om-21-57-12

De olie-export van Mexico is over de afgelopen 4 jaar op hetzelfde peil gebleven: 1,2 tot 1,3 miljoen vaten per dag.
Opvallend is wel dat de export van olie de laatste maanden weer lijkt te stijgen naar 1,5 miljoen vaten per dag.

schermafbeelding-2016-12-22-om-22-10-49

Samenvattend
De belangrijkste olie-exporterende landen van het Westelijk Halfrond verbruiken zelf steeds minder olie.
Brazilië, Mexico en Canada proberen zoveel mogelijk olie te exporteren.
Mexico en Canada exporteren hun aardolie vooral naar de VS. Het is mij niet bekend wie de grootste importeur is van de Braziliaanse export-olie.
Ik ben benieuwd of de olieproductie in Canada en Brazilië bij de huidige lage olieprijs nog verder zal stijgen. En of de Mexicaanse olieproductie nog lang op peil gehouden kan worden.

NB. Venezuela is ook een belangrijke olieproducent en olie-exporteur. Ik heb dit land buiten beschouwing gelaten omdat de JODI-Oil database de cijfers uit Venezuela onbetrouwbaar acht.

De Amerikaanse olieproduktie daalt

Onder president Obama groeide de Amerikaanse olieproduktie van 5 miljoen naar 9,5 miljoen vaten per dag. Maar in de laatste 16 maanden is de olieproduktie weer afgenomen naar 8,6 miljoen vaten per dag.

schermafbeelding-2016-12-12-om-21-11-42

Het is niet de verdienste van Obama dat de olieproduktie omhoog ging. Omdat de olieprijs in de periode 2010-2014 hoog was, konden oliemaatschappijen makkelijk kapitaal lenen om te investeren in oliewinning. De winning van schalie-olie (Light Tight Oil, LTO) in de VS kwam op gang en was bij een prijs van $100 per vat was die oliewinning zelfs winstgevend. En dankzij de Quantitative Easing-projecten van de Amerikaanse centrale bank (de Federal Reserve) was er heel veel nieuw kapitaal in de markt om te investeren in olie- en gaswinning.
De daling van de olieprijs en de daling van de Amerikaanse olieproduktie is ook niet de schuld van president Obama.

Waarschijnlijk is de koopkracht van de wereldbevolking niet hoog genoeg om de prijs van produkten van de oliewinning te betalen als de olieprijs boven de $80 per vat is. Gail Tverberg heeft op haar blog meermalen geschreven dat een olieprijs boven de $50 te hoog is voor de consumenten en dat een olieprijs onder de $50 zo laag is dat de oliemaatschappijen verlies lijden op onconventionele oliewinning.

In 2016 zien we de gevolgen van de lage olieprijs terug in de dalende olieproduktie in de VS. De afname komt vooral op rekening van de winning van onconventionele schalie-olie (LTO). De verhoging van de olieproduktie door de schalie-olieprojecten heeft slechts kort geduurd van 2011 tot begin 2016.
Ik acht het onwaarschijnlijk dat de nieuwe president, Trump, de daling van de olieproduktie kan tegenhouden, laat staan de produktie weer kan verhogen.
De Amerikaanse olieproduktie zal verder gaan dalen in de komende jaren. Er lijkt wereldwijd nog altijd een overproduktie aan aardolie te zijn, zodat de olieprijs laag zal blijven.

Onlangs hebben de OPEC-landen besloten om hun olieproduktie vrijwillig iets te beperken, in de hoop daarmee aanbod en vraag naar aardolie weer in evenwicht te brengen. In 2017 zal naast de Amerikaanse olieproduktie ook de gezamenlijke mondiale olieproduktie gaan dalen.
Misschien zal de olieprijs daardoor weer gaan stijgen, maar het is vrijwel zeker dat een stijging van de olieprijs zal leiden tot een lagere vraag.